30 november 2013 – Het einde van de tweede cursus hier komt in zicht. Het zijn intensieve maar erg leuke weken. Eerst iets over wat ons bezighoudt, en aan het eind nog iets over de ‘cultuurquiz’ uit het vorige bericht.
Living in Christ
Enkele weken geleden waren er drie dagen over geloof. Zendelingen worden soms op een voetstuk geplaatst en gezien als supergeestelijke mensen, maar ze zijn gewoon, net als anderen. Binnen Wycliffe zijn bijvoorbeeld veel perfectionisten. We spraken over alle valkuilen die hierin, maar ook in andere aspecten van zendingswerk liggen. De boodschap was vooral: ken je zwakke punten. Weet waar de duivel je probeert aan te vallen. En maak altijd veel tijd voor je relatie met God. Als je dat niet doet, is de bodem onder je leven weg.
Boeken maken
Na Living in Christ hadden we in mijn (Hannekes) alfabetiseringsgroep de Materials Development week. Dit was een korte stoomcursus in het maken van boeken en andere lesmaterialen. Het ging niet alleen om de praktische kant, maar ook om inhoudelijke dingen: hoe maak je iets wat aansluit bij de lezers? Het moet aansprekend zijn, cultureel verantwoord en ook op het goede niveau.
De eerste opdracht die week was het uitgeven van je eigen boekje. Zelf een verhaal schrijven, er illustraties bij maken en de tekst opmaken in een speciaal computerprogramma. Belangrijk was dat het verhaal paste bij de cultuur waarheen je gaat. Ik heb een verhaal geschreven over Simon, een visser uit een vissersdorp in Tanzania. Het was echt een uitdaging een passend verhaal te schrijven en de juiste illustraties te kiezen en maken.
In Tanzania zal ik me naar verwachting ook veel bezighouden met het (op)maken van lesmaterialen en verhalen. Deze week was dus een hele goede oefening!
Deze week moesten we ook samen met iemand anders een zgn. big book maken. Dit is een boek met grote letters en tekeningen dat gebruikt kan worden voor groepslessen voor volwassenen of kinderen. Door het boek erg groot te maken kan een hele groep met één boek samendoen. En dus zijn er minder materialen nodig. In gebieden waar weinig middelen voorhanden zijn, kan dit een uitkomst zijn. Maar ook een uitdaging: we moesten met karton en potloden aan de slag, omdat het later kan gebeuren dat er geen printer beschikbaar is. Ook de tekeningen hebben we zelf gemaakt. Het resultaat is hieronder te zien.
Essay
Afgelopen week heb ik (Hanneke) een essay geschreven, als een soort afsluiting van de hele cursus van de afgelopen maanden. Het moest een literatuurstudie zijn over één van de onderwerpen uit de lessen. Mijn essay ging over de mogelijkheden die alfabetiseringsklassen bieden voor het verbeteren van de gezondheid van vrouwen en hun gezinnen. Lees- en schrijfklassen worden namelijk vaak gecombineerd met het geven van informatie over allerlei onderwerpen, waaronder maatregelen om gezondheid te verbeteren of het sparen van geld.
Language Project
Na Living in Christ startte voor mij, Michiel, het Language Project. Drie weken Rwandees bestuderen op het gebied van grammatica en fonologie (klankleer). Er kwam elke dag een Rwandees langs die we vragen stelden over zijn moedertaal. Erg leuk en enerverend om met hem samen te werken. En een realistische afspiegeling van wat we op het veld kunnen tegenkomen! Het project werd afgesloten met twee rapporten, een over fonologie en een over grammatica.
Een heel belangrijk aspect van het werk is hoe je omgaat met degene van wie je de taal leert. Het is geen machine waaruit je zo snel mogelijk de informatie moet krijgen die je wilt. Dus genoeg pauze en vooral ook aandacht voor de persoon! Stel hem op zijn gemak. En je gaat ook niet in discussie met hem over of iets wat hij zegt wel klopt: hij is de ultieme waarheid, want het is zijn moedertaal, dus val je hem niet aan. En aan het eind natuurlijk: ‘Morakose cyane!’ Hartelijk bedankt!
Vertier
En tussen de bedrijven door gingen we een dag naar Cardiff, wandelden we in de omgeving, kwam er een vriend uit Dordrecht op bezoek, maken we een legpuzzel in de koffieruimte, en zijn er zelfs geruchten dat de sint nog wel eens langs zou kunnen komen… Geen tijd om ons te vervelen dus!
Cultuurquiz
En jullie hebben nog wat tegoed: de cultuurquiz! Hier een oplossing en toelichting:
- Finnen zijn niet zulke praters, zeggen ze zelf. En het schijnt een belangrijke culturele waarde te zijn dat je verstandig bent, weloverwogen spreekt en goed nadenkt voor je iets zegt. En daarom: ‘Zelfs een jongen met een loopneus wordt nog volwassen, maar een jongen die lacht om niets wordt het nooit.’
- Een mooie uitspraak uit de mond van iemand uit Kenia: ‘Het medicijn tegen warmte is warmte.’ Dat wil zeggen: als het heel warm is is het niet gek om thee te drinken. Het helpt juist.
- Tijdens de cursussen hier blijkt dat Nederlanders en Duitsers vaak tot de wat directere communicators horen. Dat kan handig zijn, maar soms komt het ook wat te direct over: zo hadden we als Nederlanders een briefje gemaakt ‘Don’t touch’, bij de legpuzzel die ‘in aanbouw’ was. Door veel niet-Nederlanders werd opgemerkt dat daar toch wel ‘Please’ bij had gekund. En zo klonk er ook een directe vraag uit Duitsland: ‘Waar heb je rekenen geleerd dat je dit niet snapt? Dit is het eerste dat je met rekenen leert!’ Even later werd deze uitval goedgemaakt.
- ‘Health and safety’ zijn belangrijk in Engeland. En daarom kan je zelfs bij het station van Gloucester het bordje zien: ‘Houd u alstublieft vast aan de leuning als u deze trap gebruikt.’ Of: ‘Uw tas is zwaarder dan u denkt. Neem de lift.’
- Ten slotte een uitspraak uit Ghana: ‘De begintijd op de uitnodiging voor een speciale kerkdienst is om mensen tevreden te stellen die graag een begintijd willen horen. Maar het betekent niets. Het had net zo goed uren eerder of later kunnen zijn.’ En er werd nog bij gezegd: ‘Het belangrijke is dat de gebeurtenis op die dag plaatsvindt, niet wanneer die plaatsvindt.’